Voor de 2de keer was de eend midden in de patiotuin gaan broeden. Helemaal vergeten dat al haar kroost 2 jaar geleden door de aangroeiende meeuwenkolonie is opgevreten. Als er 11 pulletjes uit de eieren zijn gekropen besluiten een leerkracht, de conciërge en de onderwijsassistente maatregelen te nemen. Om half 9 verschijnt er iemand van de dierenambulance. Hij heeft 2 plastic bakken mee. Eén voor moeder en één voor haar kroost. Nu eerst de moedereend te pakken krijgen voordat ze in paniek wegvlucht. De onderwijsassistente had er zelfs van gedroomd. Maar het lukt dit keer wonderlijk snel en goed. Nu alle 11 pulletjes nog, wat er uiteindelijk 12 blijken te zijn. Meester Willem komt helpen, ademloos gadegeslagen door aan de ene kant zijn groep 5 en aan de andere mijn kleuters. ‘Wat zijn ze toch aan het doen?’ vraagt een vader die zijn dochter wegbrengt. Ik vertel over het wat en waarom van de reddingsactie. ‘Maar zo gaat dat toch gewoon in de natuur, jonge dieren worden opgevreten, dan leren de kinderen dat ook meteen’. Maar ja, dat vinden wij dan weer wat al te realistische biologielessen.
De meeuwen eten niet alleen pulletjes maar geven ook veel overlast. Op het dak bouwen ze nesten, het worden er steeds meer en met jongen kunnen de meeuwen behoorlijk agressief worden. ’s Middags zien we ineens de directeur met megafoon en paraplu, gevolgd door de conciërge, ook met paraplu, over het natte dak schuifelen. Elk nest dat ze tegenkomen wordt omgekeerd of weggehaald. De 6 jarige Annelotte staat samen met de andere kinderen te kijken wat de directeur daar toch zo ingespannen aan het doen is. Dan zegt ze: ‘nou, hij neemt het wel serieus, he’. Later legt de directeur zelf uit aan de kinderen dat dat kwam omdat het dak zo glad was, dat hij heel goed zijn best moest doen om er niet af te vallen. Ook vertelt hij dat de meeuwen hier komen broeden omdat er steeds meer vossen zijn in de duinen. En die vossen eten weer graag jonge meeuwen. Wij willen niet dat ze denken dat het op onze school een goede plek is om met z’n allen te komen wonen. Daarom halen we de nesten weg. Dan gaan ze ergens anders een betere plek zoeken. De 4 jarige Lore denkt lang na. ‘Maar vossen bestaan toch niet in het echt?’ ‘Nee’ zegt ook Siem ‘alleen in andere landen’. Ik vertel dat er echt vossen wonen in de duinen, dat ik er zelfs wel eens eentje gezien heb. ‘Oh’ concludeert Lore, ‘dan bestaan heksen ook echt’. ‘Nee, heksen bestaan weer niet echt, alleen in verhalen’. En zo hebben we heel wat ingewikkelde dingen geleerd vandaag.